Post by Pino on Jun 7, 2010 9:31:40 GMT 1
MTM’s nieuwste R8-conversie is niet alleen serieus veel sterker dan het origineel van Audi; Quattro vierwielaandrijving wordt er bovendien mee overboord gegooid. Wij reden met de achterwielaangedreven MTM R8 GT3-2.
Audi’s Quattro-systeem mag dit jaar dan dertig jaar bestaan: voor MTM – de Duitse tuner die op slechts enkele kilometers van Audi’s hoofdkwartier in Ingolstadt is gehuisvest – is dat geen reden voor feest. Sterker nog: de Audi-gekke mannen van MTM hebben het veelgeprezen veiligheidssysteem zojuist overboord gekieperd ten faveure van een extra dosis plezier. MTM-baas Roland Mayer houdt er wel van om wat lol te trappen, geeft hij toe: “Natuurlijk houd ik ervan om hard te rijden”. Hij gelooft zelfs dat het niet veel langer dan een aantal jaren zal duren voordat auto’s helemaal niet leuk meer zijn. Mayer: “Mijn vriend Walter Röhrl vertelde me twee jaar geleden dat we nú hard moeten rijden, nu het nog kan. Ik denk dat ‘ie daarin gelijk heeft. Ze hebben het er hier al jaren over om een snelheidslimiet op de autobahn in te voeren, dat gaat een keer gebeuren.” Mayer kwam op het idee voor een achterwielaangedreven Audi R8 toen hij een nog niet zo lang geleden een filmpje op youtube zag. Mayer: “Ik stuitte op een video met Valentino Balboni, de testcoureur van Lamborghini, in een Gallardo en was flink onder de indruk. Hij reed met een grote dosis overstuur in een auto waarvan ik overtuigd was dat ‘ie vierwielaangedreven was. Hoe deed hij dat dan? Toen bleek dat het om de aangepaste Gallardo LP 550-2 ging, met achterwielaandrijving, bedacht ik dat we zoiets eigenlijk ook wel met een Audi konden doen.
Tweede tuner
Volgens Mayer is de conversie eenvoudig, en het goede nieuws is dat het ook niet heel duur is. MTM heeft de exacte prijs nog niet berekend, maar verwacht dat het op een bedrag rond de 5.000 euro uitkomt om een alledaagse vierwielaangedreven R8 om te bouwen naar een achterwielaangedreven fun car. Een tweede tuner die de conversie uitvoert zul je niet vinden, al doet Audi hetzelfde met de auto’s die ze inzetten voor het kampioenschap van langeafstandsraces in Duitsland. Het gerucht dat een officiële straatversie van die auto onderweg is doet daarbij al een tijdje de ronde. Feit is overigens dat de R8 GT3-2 (de naam verwijst naar het kampioenschap – Audi zal ze ervoor haten), die MTM ons vandaag uitleent met meer dan alleen maar een conversie van het aandrijvingsysteem komt. Op de eerste plaats is er een supercharger toegevoegd, goed voor 140 extra pk’s - het totaal daarmee op een meer dan gezonde 560 pk’s brengend. Dat is een derde van het standaard vermogen als bónus. En voor het koppel gaat ongeveer hetzelfde op – het groeit van 430 naar 580 Nm. Een nieuw uitlaatsysteem komt met eindpijpen die aan de R8 V10 doen denken om ook te kunnen laten zien dat dit geen alledaagse R8 is. Gaaf natuurlijk, maar met net geen 30.000 euro niet zo economisch geprijsd als die andere conversie. En dan zijn er nog meer prijzige gimmicks. Een aërodynamische bodykit van carbon bijvoorbeeld, met ultralage splitter en horizonvervuilende achterspoiler (€ 12.319, ongelakt), of enorme 20” gesmede lichtmetalen wielen met dikke Continental-banden (€ 7.043). Plus nieuwe veren en dempers en een slim systeem om de wielophanging op te pompen of te laten zakken, waardoor de delicate voor- en achterzijde desgewenst vier centimeter hoger boven pokdalig wegdek komt te liggen (€ 7.400).
Licht aangepast
Dan nog is Roland Mayer ervan overtuigd dat je geen andere sportauto in dezelfde klasse zult vinden. Vraag is dan ook of de MTM R8 GT3-2 wellicht de ultieme sportieve R8 is. Het antwoord is waarschijnlijk ja. Los van de Recaro-kuipstoelen (die zijn nog niet eens toegevoegd aan de lijst extra’s) is het interieur weliswaar praktisch onveranderd ten opzichte van dat van de R8 die als donor diende. Dat maakt deze MTM wellicht niet zo excentriek als zijn wilde uiterlijk doet vermoeden. En toch vergeet je dat onmiddellijk zodra je het gaspedaal van deze auto aanraakt, liefst in een bocht. Mayer heeft ook het ESP-systeem licht aangepast (deze auto is tenslotte voor de lol gebouwd, nietwaar?), en met het gigantische vermogen dat nu volledig op de grote achterwielen kan worden losgelaten is het niet heel lastig om deze auto is een kunstige drift te krijgen. Het is bovendien waanzinnig verleidelijk om dat te doen, en ik voel me zelf al snel een soort van Balboni (achteraf heb ik het youtube-filmpje bekeken en, inderdaad, het was cool). Driftend van bocht naar bocht scheur ik over de Beierse b-wegen. Vermogen te over. Al na een half uurtje sturen zie ik rotondes enkel nog als donuts. Maar met de lage GT3-2 (ondanks de slimme hulpjes) is voorzichtigheid niettemin geboden. De strenge winter heeft de wegen met een afschuwelijke acné van gaten achtergelaten.
Bonafide klusje
De sneeuw van wat de langste en koudste winter sinds decennia wordt genoemd is zelfs nog maar net gesmolten en de wegen zijn nog nat. Overstuur is daarmee een makkie. Maar aan de fun factor van de GT3-2 twijfel ik sowieso niet. Op de snelweg is de auto waanzinnig snel. Voordat je de kans krijgt om op te schakelen raakt de naald van de toerenteller het rode gebied al, en grijpt de toerenteller in. Wat dat betreft kun je de bak net zo goed in z’n automatische stand laten schakelen; dan nog is hij snel zat. Welke versnelling ook bij welke snelheid dan ook: accelereren gaat gepaard met een boost die de Dukes of Hazzard ziek van jaloezie zou achterlaten, en Roscoe P. Coltrane helemaal nergens bovendien. Goed, deze auto is wellicht een tikkie te opvallend voor een bonafide klusje, maar dat is slechts een kwestie van smaak. Dat je er lol mee kunt trappen staat vast. Roland Mayer mag me dan hebben toegezegd dat hij om veiligheidsredenen de voorkeur geeft aan het Quattro-systeem boven een achterwielaangedreven Audi (zelf rijdt hij in een Audi S8 – ‘Vanwege mijn honden’), maar ik weet inmiddels wel beter. Het enige wat ik me nog afvraag is aan wie hij deze auto denkt te kunnen verkopen. Het is zoals Walter Röhrl hem vertelde over de lol van het rijden. Die mensen bestaan over een paar jaar misschien wel helemaal niet meer.
Audi’s Quattro-systeem mag dit jaar dan dertig jaar bestaan: voor MTM – de Duitse tuner die op slechts enkele kilometers van Audi’s hoofdkwartier in Ingolstadt is gehuisvest – is dat geen reden voor feest. Sterker nog: de Audi-gekke mannen van MTM hebben het veelgeprezen veiligheidssysteem zojuist overboord gekieperd ten faveure van een extra dosis plezier. MTM-baas Roland Mayer houdt er wel van om wat lol te trappen, geeft hij toe: “Natuurlijk houd ik ervan om hard te rijden”. Hij gelooft zelfs dat het niet veel langer dan een aantal jaren zal duren voordat auto’s helemaal niet leuk meer zijn. Mayer: “Mijn vriend Walter Röhrl vertelde me twee jaar geleden dat we nú hard moeten rijden, nu het nog kan. Ik denk dat ‘ie daarin gelijk heeft. Ze hebben het er hier al jaren over om een snelheidslimiet op de autobahn in te voeren, dat gaat een keer gebeuren.” Mayer kwam op het idee voor een achterwielaangedreven Audi R8 toen hij een nog niet zo lang geleden een filmpje op youtube zag. Mayer: “Ik stuitte op een video met Valentino Balboni, de testcoureur van Lamborghini, in een Gallardo en was flink onder de indruk. Hij reed met een grote dosis overstuur in een auto waarvan ik overtuigd was dat ‘ie vierwielaangedreven was. Hoe deed hij dat dan? Toen bleek dat het om de aangepaste Gallardo LP 550-2 ging, met achterwielaandrijving, bedacht ik dat we zoiets eigenlijk ook wel met een Audi konden doen.
Tweede tuner
Volgens Mayer is de conversie eenvoudig, en het goede nieuws is dat het ook niet heel duur is. MTM heeft de exacte prijs nog niet berekend, maar verwacht dat het op een bedrag rond de 5.000 euro uitkomt om een alledaagse vierwielaangedreven R8 om te bouwen naar een achterwielaangedreven fun car. Een tweede tuner die de conversie uitvoert zul je niet vinden, al doet Audi hetzelfde met de auto’s die ze inzetten voor het kampioenschap van langeafstandsraces in Duitsland. Het gerucht dat een officiële straatversie van die auto onderweg is doet daarbij al een tijdje de ronde. Feit is overigens dat de R8 GT3-2 (de naam verwijst naar het kampioenschap – Audi zal ze ervoor haten), die MTM ons vandaag uitleent met meer dan alleen maar een conversie van het aandrijvingsysteem komt. Op de eerste plaats is er een supercharger toegevoegd, goed voor 140 extra pk’s - het totaal daarmee op een meer dan gezonde 560 pk’s brengend. Dat is een derde van het standaard vermogen als bónus. En voor het koppel gaat ongeveer hetzelfde op – het groeit van 430 naar 580 Nm. Een nieuw uitlaatsysteem komt met eindpijpen die aan de R8 V10 doen denken om ook te kunnen laten zien dat dit geen alledaagse R8 is. Gaaf natuurlijk, maar met net geen 30.000 euro niet zo economisch geprijsd als die andere conversie. En dan zijn er nog meer prijzige gimmicks. Een aërodynamische bodykit van carbon bijvoorbeeld, met ultralage splitter en horizonvervuilende achterspoiler (€ 12.319, ongelakt), of enorme 20” gesmede lichtmetalen wielen met dikke Continental-banden (€ 7.043). Plus nieuwe veren en dempers en een slim systeem om de wielophanging op te pompen of te laten zakken, waardoor de delicate voor- en achterzijde desgewenst vier centimeter hoger boven pokdalig wegdek komt te liggen (€ 7.400).
Licht aangepast
Dan nog is Roland Mayer ervan overtuigd dat je geen andere sportauto in dezelfde klasse zult vinden. Vraag is dan ook of de MTM R8 GT3-2 wellicht de ultieme sportieve R8 is. Het antwoord is waarschijnlijk ja. Los van de Recaro-kuipstoelen (die zijn nog niet eens toegevoegd aan de lijst extra’s) is het interieur weliswaar praktisch onveranderd ten opzichte van dat van de R8 die als donor diende. Dat maakt deze MTM wellicht niet zo excentriek als zijn wilde uiterlijk doet vermoeden. En toch vergeet je dat onmiddellijk zodra je het gaspedaal van deze auto aanraakt, liefst in een bocht. Mayer heeft ook het ESP-systeem licht aangepast (deze auto is tenslotte voor de lol gebouwd, nietwaar?), en met het gigantische vermogen dat nu volledig op de grote achterwielen kan worden losgelaten is het niet heel lastig om deze auto is een kunstige drift te krijgen. Het is bovendien waanzinnig verleidelijk om dat te doen, en ik voel me zelf al snel een soort van Balboni (achteraf heb ik het youtube-filmpje bekeken en, inderdaad, het was cool). Driftend van bocht naar bocht scheur ik over de Beierse b-wegen. Vermogen te over. Al na een half uurtje sturen zie ik rotondes enkel nog als donuts. Maar met de lage GT3-2 (ondanks de slimme hulpjes) is voorzichtigheid niettemin geboden. De strenge winter heeft de wegen met een afschuwelijke acné van gaten achtergelaten.
Bonafide klusje
De sneeuw van wat de langste en koudste winter sinds decennia wordt genoemd is zelfs nog maar net gesmolten en de wegen zijn nog nat. Overstuur is daarmee een makkie. Maar aan de fun factor van de GT3-2 twijfel ik sowieso niet. Op de snelweg is de auto waanzinnig snel. Voordat je de kans krijgt om op te schakelen raakt de naald van de toerenteller het rode gebied al, en grijpt de toerenteller in. Wat dat betreft kun je de bak net zo goed in z’n automatische stand laten schakelen; dan nog is hij snel zat. Welke versnelling ook bij welke snelheid dan ook: accelereren gaat gepaard met een boost die de Dukes of Hazzard ziek van jaloezie zou achterlaten, en Roscoe P. Coltrane helemaal nergens bovendien. Goed, deze auto is wellicht een tikkie te opvallend voor een bonafide klusje, maar dat is slechts een kwestie van smaak. Dat je er lol mee kunt trappen staat vast. Roland Mayer mag me dan hebben toegezegd dat hij om veiligheidsredenen de voorkeur geeft aan het Quattro-systeem boven een achterwielaangedreven Audi (zelf rijdt hij in een Audi S8 – ‘Vanwege mijn honden’), maar ik weet inmiddels wel beter. Het enige wat ik me nog afvraag is aan wie hij deze auto denkt te kunnen verkopen. Het is zoals Walter Röhrl hem vertelde over de lol van het rijden. Die mensen bestaan over een paar jaar misschien wel helemaal niet meer.